Hoofdstuk X - Geloof, Naleving,
Plichten, Taboes en Ceremonies.
Artikel XVI - Het leven in harmonie met Goeroes leer.
Een sikhs leven, zijn broodwinning, zijn denken en doen dient in
overeenstemming te zijn met de leer van de Goeroe. De Goeroes
leer is:
a.
Alleen het Ene Tijdloze Wezen dient te worden aanbeden en geen
andere goden of godinnen.
b.
Alleen de tien Goeroes, de Goeroe Granth en het woord van de 10
Goeroes dienen als verlossing in het geloof te worden erkent.
c.
Het beschouwen van de tien Goeroes als de schittering van één
licht en één enkele entiteit.
d.
Het niet geloven in kaste of afkomst, onaanraakbaarheid, magie,
betoveringen, bezweringen, voortekens, bijgeloof met betrekking
tot tijden, dagen of gebeurtenissen, astrologie, horoscopen,
shradh (Het op bepaalde dagen - in de maankalender - ritueel
aanbieden van voedsel aan priesters t.b.v. de redding van
voorvaderen), pitar (aanbidding van voorvaderen),
khiah (Het ritueel aanbieden van voedsel aan priesters -
Brahmins - op de maan verjaringen van het overlijden van een
voorvader), pind (Het offeren van gerst koeken aan de
familie van de overledene bij de uitvaart), patal (Het
ritueel doneren van voedsel in het geloof dat dit de honger
stilt van de vertrokken ziel), diva (De ceremonie van het
aanhouden van een olielamp tot 360 dagen na de dood in het
geloof dat dit het pad voor de overledene verlicht), kiria
karam (rituele begrafenis handelingen), hom (Het doen
branden van een ritueel vuur om er nu en dan geklaarde boter,
voedsel korrels e.d. in te werpen om de goden gunstig te stemmen
voor het vervullen van een doel), jag (Religieuze
ceremonie waarbij offerandes worden gepresenteerd), tarpan
(Het plengen van water uit aarden potten ter verering van
goden en voorvaderen), shikha-sut (Het houden van slechts
een pluk haar op het hoofd en het dragen van draad - Janeau),
bhadan (Het scheren van het hoofd bij de dood van een
ouder), ekadashi (vasten bij nieuwe of volle maan),
pournashi (vasten op andere dagen), Tilak (dragen van
tekens op het voorhoofd), Janeau (dragen van draad),
dragen van een halssnoer met stukjes tulsi stalk (een
plant met medicinale eigenschappen), verering van welk graf dan
ook, of van monumenten opgericht ter ere van overleden personen
of van crematie plekken, het vereren van beelden en in acht
neming van dergelijke bijgelovige zaken.
[Note: De meeste, doch niet alle, rituelen en rituele- of
religieuze gebruiken die in deze clausule worden genoemd zijn
Hindoe rituelen of gebruiken. De reden hiervan is dat oude
rituelen en gebruiken door een groot aantal sikhs nog steeds in
acht werden genomen zelfs na hun bekering van hun oude naar hun
nieuwe geloof en een groot aantal bekeerlingen waren voordien
Hindoe. Een andere reden voor dit fenomeen was de wurggreep
waarin de Brahmin priesters het seculiere en religieuze
leven hielden, zelfs voor diegene die de Hindoe religie
verlieten, als gevolg van
hun geslepen psychologische handigheid
en zeldzaam vermogen tot het sluiten van compromissen. Dat ook
een behoorlijk aantal bekeerlingen voordien Moslim waren is te
zien door de opname van het taboe op het vereren van graven,
shirni,
etc.in deze clausule]
Het niet erkennen of beschouwen als gewijd van enige plek anders
dan de Goeroes plek - zoals bijvoorbeeld Heilige plekken of
Pelgrims-plaatsen van andere geloven.
Het niet geloven in, of toekennen van enige autoriteit aan,
Moslim zieners, Brahmins heiligheid, waarzeggers, helderzienden,
orakels, het beloven van een offer bij het vervullen van een
wens, het offeren van zoete broodjes of rijst pudding bij graven
bij het vervullen van wensen, de Vedas, de Shastras,
de Gayatri (Hindoe gebed ter ere van de zon), de Gita,
de Koran, de Bijbel, etc. Echter het bestuderen
van boeken van andere religies voor de algemene zelfontwikkeling
is geoorloofd.
e.
De Khalsa dient zich te blijven onderscheiden van
aanhangers van andere religies in de wereld, maar dient te
voorkomen dat gevoelens van andersgelovige
worden geschaad.
f.
Een sikh dient de Ardas (zie Sectie Twee, Hfst.III,
Artikel IV, subc, 1) uit te voeren voor de aanvang van elke
onderneming.
g.
Het leren van Gurmukhi (Punjabi in Gurmukhi
schrift) is verplicht voor een sikh. Hij dient echter ook andere
studies te volgen.
h.
Het is een sikhs plicht om zijn kinderen op te voeden in het
sikh geloof.
i.
Een sikh dient, op geen enkele manier het hoofdhaar waarmee zijn
kind is geboren als slecht te beschouwen. Hij dient zich niet te
bemoeien met het haar waarmee het kind is geboren. Hij dient de
toevoeging "Singh" aan de naam van zijn zoon toe te
voegen en de naam "Kaur" aan de naam van zijn Dochter.
[Ned.Vert.: het tweede deel van de zin 'en de naam “Kaur”'
is door de Nederlandse vertaler toegevoegd]
Een sikh dient het haar van zijn zoons en dochters in tact te
laten.
j.
Een sikh dient geen hennep (cannabis), opium, alcoholische
drank, tabak, in het kort; geen
enkel verdovend en/of opwekkend
middel tot zich te nemen. Hij dient slechts voedsel te nuttigen.
k.
Piercing van de neus of de oren etc.
is verboden voor
sikh mannen en vrouwen.
l.
Een sikh dient zijn dochter niet te doden noch dient hij enige
relatie te onderhouden met iemand die zijn dochter heeft gedood.
[Ned.Vert.: Dit is om expliciet aan te geven dat de in sommige
gemeenschappen nog voorkomende voorkeur voor mannelijke
nageslacht voor sikhs verboden is.]
m.
Een sikh dient eerlijk zijn brood te verdienen en daarvan te
leven.
n.
Een sikh zal de mond van een arme zien
als het offerblok van de Goeroe.
o.
Een sikh zal niet omgaan met criminele types en niet gokken.
p.
Hij die andermans dochter als zijn eigen dochter beschouwt, een
andermans vrouw als zijn moeder beschouwt en alleen
geslachtsgemeenschap met zijn eigen vrouw heeft, hij alleen is
een waarachtig gedisciplineerde sikh van de Goeroe.
[Ned.Vert.: In de huidige moderne maatschappij geld dit
natuurlijk ook omgekeerd voor de sikh vrouw.]
q.
Een sikh dient de sikh gedragsregels en gebruiken van zijn
geboorte tot aan zijn dood te volgen.
r.
Een sikh dient bij het ontmoeten van een andere sikh hem of haar
te groeten met "Waheguru ji ka Khalsa, Waheguru ji ki
Fateh" (De Khalsa behoort tot de Waheguru
(God), de overwinning is ook aan Hem!). Dit is verplicht
voor zowel sikh mannen als vrouwen.
s.
Het is voor sikh vrouwen ongepast om een sluier te dragen of om
het gezicht anderszins te bedekken.
t.
Voor een sikh bestaat er geen beperking of restrictie om zich te
kleden behalve het feit dat hij een Kachhehra (Een
kledingstuk lijkend op een korte broek met pijpen, die met een
touwtje om het middel wordt vastgemaakt.) en een
tulband
moet dragen. Een sikh vrouw kan al of niet een
tulband
dragen
|